Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Vergadert u, gij allen, en hoort; wie [38]onder hen heeft deze dingen verkondigd? De HEERE heeft [39]hem [40]lief, [41]Hij zal [42]Zijn welbehagen tegen Babel doen, en [43]Zijn arm zal [tegen] de Chaldeen zijn. 38. Te weten de afgoden der heidenen, van welke melding gemaakt is boven vs.5. 39. Te weten Cores. 40. Te weten zoverre, dat Hij hem zijnen zegen en voorspoed tegen de Babyloniers geven zal. Zie hfdst.45 vs.1. 41. Te weten Cores. 42. Te weten des Heeren welbehagen. De zin is: Cores zal, naar des Heeren welbehagen, Babel verstoren en de Joden uit de Babylonische gevangenschap verlossen. 43. Te weten Gods arm, dat is macht, of zijn, te weten Cores' arm. Anders: hoewel de Chaldeen zijn arm geweest zijn. De zin is: Ofschoon God de Heere de Chaldeen gebruikt heeft om zijn volk te kastijden en om zijne macht te doen blijken; zo zal Hij hen evenwel, als een roede of slaanden staf verbreken en door Cores onderdrukken.